
San Sebastian is een rustige stadje, oude huizen aan sfeervolle straten, mooie pleinen met grote groene bomen, en natuurlijk een oude kerk. Hier zei Columbus zijn laatste gebeden voor hij vertrok naar Amerika; in het licht van onze komende oversteek een bijzondere gedachte.
We liggen erg mooi, we kijken uit op een spectaculaire rotswand in allerlei kleuren. Alleen 's ochtends bij het ontbijt en 's avonds bij het avondeten hebben we de zon in de kuip, waar we van genieten. Verder hebben we heerlijke schaduw, want overdag wordt het hier wel zo’n 28-30 graden.
Omdat ik nog steeds niet mag lopen, besluiten we voor twee dagen een auto te huren. Donderdag verkennen we het zuiden van La Gomera, de dag erna het noorden, waar het veel is groener is, omdat daar de passaat wolken regen brengen. De informatie bij de verschillende “Miradors”, uitzichtpunten langs de weg, is erg informatief.
We zijn onder de indruk van de imposante kloven en dalen, met grote rotsmassa’s die daar ver boven uitsteken. Dit is hard magma gesteente waarmee de eruptie-gangen waren gevuld. Het zachtere omringende gesteente is geërodeerd, de harde kern (harder, omdat die veel zuren bevat) is blijven staan.
Overal zijn kleine terrasjes aangelegd, vroeger gebruikt voor de verbouw van essentiële gewassen, nu liggen ze veel braak, het toerisme hier of in Tenerife geeft meer inkomsten. Ook zijn veel bewoners in de vorige eeuw geëmigreerd. Alleen de bananenplantages in het zuiden zijn blijkbaar nog de moeite waard . Ook zien we nog veldjes met aardappelen, volgens de beschrijving wordt er drie keer per jaar geoogst.
Op het eiland staan overal palmbomen, de vruchten zijn geen dadels zoals in Oman, maar worden alleen als veevoer gebruikt. De palm geeft palm-sap. Alle andere onderdelen werden ook gebruikt, bijv als bouwmateriaal. Nu niet meer, want zelfs de vangrail van de prachtige nieuwe wegen zijn hier gemaakt van hardhout; geïmporteerd met EU subsidie?
Het midden van het eiland bestaat uit een groot “oerbos”, waar de oorspronkelijke vegetatie al sinds eind 19e eeuw in stand wordt gehouden. Afhankelijk van de hoogte bestaat dit uit een soort jeneverbes en laurier bomen. Hier groeien veel planten specifiek voor dit gebied.
Het midden van het eiland bestaat uit een groot “oerbos”, waar de oorspronkelijke vegetatie al sinds eind 19e eeuw in stand wordt gehouden. Afhankelijk van de hoogte bestaat dit uit een soort jeneverbes en laurier bomen. Hier groeien veel planten specifiek voor dit gebied.
Er zijn veel wandelingen aangegeven, we “doen” er eentje die niet zo steil is; Nils loopt en ik probeer zoveel mogelijk te fietsen.
Bij deze eilanden is de zee nooit weg, toch altijd weer leuk. We eten ons meegenomen boterhammetje op het strand, onder weer zo'n imposante muur van kleurige rode rotsen. We bekijken nog wat potentiële ankerplaatsjes, maar zien niets dat echt geschikt is.
Tussen alle bedrijven door laten we de was doen en maken de boot schoon. Ook praten we bij met onze Franse buren, zij willen beter Engels leren en mijn Frans moet nodig worden opgepoetst, dus we hebben veel plezier. Zaterdagmiddag ontmoeten we Eli en Joe weer, we kletsen heel gezellig bij. Ze geven ons informatie over het volgende eiland La Palma, waar ze net vandaan zijn gekomen. Straks zien we ze weer bij de start van de ARC.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten