De ankerplek voor het Hurokabra resort, boven, ligt echt naast het oerwoud; ’s avonds vliegen er naast de kleine papagaaitjes zelfs een aantal ara’s over; hele grote papagaaien met een rode kop en een lange groene staart. Er kwaken ook kikkers, leuk!
's Ochtend om 6 uur hebben we afgesproken voor ons tochtje naar de kreek, maar er verschijnt niemand. Alle tijd dus om van de prachtige ochtend te genieten. De ara’s vliegen weer over en strijken in een naburige boom aan het water neer. Prachtig, zie foto’s links. Om kwart voor 7 komt onze gids alsnog; we varen door een kreek en maken een moeras- en oerwoudwandeling terug naar het hotel. De vele vogels hoor je wel, maar we zien ze niet, zo dicht is het bladerdek.
Later die ochtend varen we terug naar Bartica om uit te klaren. Dat gaat zo maar niet, de officier heeft het stempel meegenomen naar Georgetown (ivm einde maand moet het stempel “vernieuwd” worden), dus wordt het laat in de middag voor ons paspoort netjes afgestempeld is. We “genieten” dus hier nog maar een nachtje van het lawaai van de elektriciteitscentrale.
Onze dieselvoorraad hadden we 2 dagen geleden al aangevuld. Juist nadat we heel precies hadden aangelegd aan alleen maar 2 houten palen, bleek de dieselslang van de pomp te kort te zijn. Alles weer los, stootwillen en lijnen naar de andere kant, nog een keer aanleffen! Toen we eindelijk vol waren bleek de afsluit-dop van de dieseltank verdwenen, in het water gevallen, denken we; de ketting waarmee deze normaal vast zit, was gebroken. Dom, dom, dom om die niet in de boot te hangen.We hebben de opening provisorisch dicht gemaakt en er 2 lagen tape overheen geplakt. Nu maar hopen dat het blijft zitten tot we een nieuwe dop kunnen kopen of kunnen laten namaken; in Suriname misschien?
Vandaag donderdag 1 september liggen we voor anker aan de monding van de Essequibo. Als we ons avond-spelletje Rummicup spelen, binnen vanwege de muggen, horen we ineens een stem en zien we licht. We schrikken; het blijkt een (half-dronken?) visser te zijn die “even” komt kijken en al op de Pélagie staat, gelukkig buiten de zeereling. Na enig aandringen komt hij niet verder de Pélagie op en met een flesje koude cola onder de arm, vaart hij weer weg. Gelukkig! Morgenvroeg bij hoog water varen we naar buiten om hopelijk in 3 dagen en nachten bij de monding van de Suriname rivier te zijn. Over zee naar Suriname tegen wind en stroom. Er staat een pittige wind als we met hoogwater de Essequibo af naar buiten varen. Echt bezeild is het niet, we kruisen de rivier af, geholpen door de stroom naar buiten. Nils stuurt de hele middag met de hand om zo scherp mogelijk te varen. Eenmaal op zee is de koers met een aantal malen overstag, net te bezeilen. Op sommige stukken moet de motor helpen, omdat anders de stroom ons weer helemaal terug zet.
De scheiding tussen het bruine rivierwater en het veel blauwere zeewater is op sommige plekken goed te zien, vooral bij opkomend water, zie de foto links.
De wind trekt behoorlijk aan, er moet zelfs een rif in het zeil. Slapen gaat moeilijk, het bonkt behoorlijk tegen wind en golven. Dankzij die pittige wind schieten we wel op en hebben we niet alt te veel last van de stroom tegen. De tweede dag halen we met onze Iridium telefoon nieuwe wind informatie op. Overdag een prima wind zodat we kunnen zeilen. ’s Nachts zal de wind pal tegenstaan, maar minder zijn vlak onder de kust. Dus om 10 uur ‘s avonds bij het wisselen van de wacht gaat de motor aan en de zeilen naar beneden, zelfs met alleen het gereefde grootzeil verlijeren we te sterk bij die harde wind. We kruipen naar de 4 meter grens. Een beetje spannend, want onze elektronische kaart is niet zo precies. Op een gegeven moment zit Nils “zomaar” op maar 2 meter diepte. Gelukkig worden wind en de zee rustiger, we slapen ieder om de beurt goed. Om 7 uur ’s ochtends gaan we lekker 3 uurtjes voor anker om bij te slapen, dat kan prima op 4 meter diepte. Dan komen we bij laag water in de monding van de Suriname rivier aan en kunnen we naar binnen spoelen. Hoe hebben we Guyana ervaren?Onderweg naar Suriname maken we de balans op. We hebben genoten van het varen op de grote, brede rivieren. De vliegtocht naar de imposante Kaieteur waterval over het ongerepte, uitgestrekte oerwoud met bijna niets anders dan bomen, bomen en nog eens bomen was heel bijzonder. De bezoeken aan de luxe hotels en daar een paar daagjes bijna “wonen”, was een leuke ervaring. Het was ook erg leuk om de Nederlandse overblijfselen te zien, nooit geweten. Het was jammer dat we weinig uitstapjes konden maken en geen auto konden huren in de buurt van Bartica. Ook hebben we het contact met andere zeilers gemist. Al met al een erg leuk uitstapje, maar voor ons geen plek om maanden te verblijven. Dus dit was voor ons precies goed zo!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten