Nu we steeds voor anker liggen, is water bijvullen vanaf
de kade er niet meer bij. Al weken drinken we regenwater, wat we opvangen en
filteren vóór het onze watertanks in gaat. Het is nu de droge tijd in Suriname,
als het aan het einde van de middag al regent, is de hoeveelheid minimaal. Het
regenzeiltje hebben we dan ook opgeborgen, immers dat houdt ook de koele
rivierbries tegen en die is meer dan welkom bij deze temperaturen.
We willen naar Trinidad varen, om vandaar uit op 24
oktober naar Nederland te vliegen. Voldoende water voor onderweg is dan wel
nodig. Gelukkig hebben de vriendelijke vissers aangeboden dat we water bij ze
mogen tanken. Ze maken tenslotte 60.000 liter drinkwater per dag voor hun
visfabriek, dus kunnen wel een paar honderd liter missen. Als we
donderdagochtend, … oktober, ons anker
willen ophalen om naar de visfabriek te varen, komen we niet verder dan 20
meter. Daarna zit het anker muurvast! En natuurlijk is er ook niets te zien in
het modderbruine water. Er ligt dus nog 30 meter “ergens” in vast op de rivier
bodem. Er zijn pittige golfjes, op de rivier staat wind tegen stroom, dus laten
we het anker even voor wat het is en gaan met Peltje naar de vissers voor de
beloofde rondleiding samen met Rolf en Claude van de Tika.
We zijn onder de indruk wat de vissers in 20 jaar, na de
nodige aanloop perikelen, hier aan de Suriname rivier hebben opgebouwd. Er
staat een grote visverwerkingsfabriek, die niet alleen hun eigen vis verwerkt
maar ook die van vele andere vissers. Er is een speciale ”Surimi” afdeling waar vis-pasta voor Japan wordt
gemaakt. Er is werkgelegenheid voor ruim honderd mannen en vrouwen. De vissers
zelf wonen nu in prachtige vrijstaande huizen aan de rivier die in Nederland
niet te betalen zouden zijn. Kortom, een succesvolle emigratie voor meerdere
partijen, lijkt het.
Later in de middag bij doodtij gaan we rondjes draaien om
te proberen het anker te ontwarren. Het zou kunnen dat ons anker bij de eb en
vloed bewegingen “ergens” omheen is gedraaid. Na 6 rondjes hebben we 5 meter
gewonnen, maar zien nog steeds niets. Dan wordt de stroom te sterk. Vrijdagochtend, na het uitklaren en het ophalen van onze
nieuwe tankdop zie hiernaast, gaan we bij het volgende doodtij verder met
rondjes draaien. Nu zien we de bovenkant van een oude mooring naar boven komen.
Waarschijnlijk zit onze ankerketting verward rond de oude mooringlijn. Een paar
rondjes later komt deze deels boven water, het is een stevige staaldraad! Onze
buren zijn intussen komen helpen en iedereen is het er over eens dat er gedoken
moet worden om te voelen, hoe het er daar onder zit. Kijken zal niet lukken, er
is immers totaal geen zicht in het modderige rivier water.
Nils gaat met zijn duikuitrusting
het water in, gezekerd met een lijn aan de Pélagie. Hij slaagt erin een deel
van de ankerketting te ontwarren en extra lijnen vast te maken zodat de Pélagie
steviger hangt en de knoop niet nog groter wordt. De stroom wordt te sterk dus
pas bij het volgende doodtij ’s middags gaat Dominique, onze sympathieke Franse
buurman, naar beneden met een ijzerzaag om de laatste lust knoop door te zagen.
We zijn weer los!! We ankeren op een andere plek, verderop de rivier, hopelijk liggen daar geen oude moorings. De volgende ochtend vroeg willen de Fransen weg. Als wij met Peltje langs komen om alsnog onze watervoorraad op peil te brengen, blijkt dat zij op hun beurt vastzitten in een reusachtige boomstronk. Ze zijn met hulp de hele ochtend bezig die uit hun ankerketting te bevrijden.
Zondagochtend bij hoog water gaan we allemaal anker op, het is een stukje stiller op de Suriname rivier bij Domburg.
Naar Trinidad
Het is ruim 550 mijl terug naar Trinidad. We gaan ’s
ochtends vroeg weg, met stroom mee; langs de rivier en Paramaribo, hierboven de
Waterkant met helemaal rechts fort Zeelandia. Eenmaal op zee hebben we wind en
stroom mee, dus het is een gemakkelijke tocht. We genieten er weer op zee zijn.
Wat is het water blauw! De Pélagie zeilt, wij lezen heerlijk en ik, Hanneke, luister ’s nachts naar luisterboeken. De 4-de en laatste dag en nacht is de lucht dreigend van de regenbuien en trekt de wind aan. Om 10 uur ’s avonds bij de wisseling van de wacht gaat het mis, de wind draait onverwacht 30 graden als er een bui aankomt. Grootzeil en fok klappen om en hangen ieder aan hun eigen bulletalie, het touw dat er voor moet zorgen dat ze niet doorschieten. De wind giert om ons heen, de regen valt met bakken uit de lucht, we zien niets meer! Nils zet de motoren aan, maar slaagt er niet direct in om weer terug door de wind te gaan. Het lijkt erop dat een van de motoren het niet goed doet en we ruiken een schroeilucht!
Grote schrik! We draaien de fok in, laten het grootzeil zakken,
gewoon met de volle wind er nog in Gelukkig,
de bulletalie is niet geknapt en alles lijkt nog heel. We zetten een puntje fok
voor wat snelheid en bepalen onze richting en snelheid met de boot Tom-Tom. Nils
start heel rustig een vóór een beide motoren. Tot onze grote opluchting werkt
alles, waarschijnlijk was de motor niet direct gestart, wat niet te horen was
in de gierende wind. Zoals meestal na een bui, wordt de wind weer normaal en we
hijsen de zeilen, zodat we verder kunnen naar Trinidad. Het duurt wel even voor
alle adrenaline uit onze lijven is en we weer kunnen slapen!
Bij het eerste licht varen we de baai van Chaguaramas in
Trinidad binnen en gaan voor anker. We proosten op een goede overtocht met een
glaasje wijn en gaan heerlijk bijslapen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten