Je ziet hier in Suriname vaak mannen met een vogelkooitje
lopen. Ze proberen hun vogeltje beter te laten zingen dan de concurrent. Dit
zijn heuse wedstrijden met een scheidsrechter die de vogel trillers telt en de
score bij houdt. Op zondagochtend op het grasveld voor het presidentiële paleis
in Paramaribo vindt dit gebeuren plaats. Nu hebben we de auto, op zondag rijden
geen bussen, dus vragen we bij Rita hoe laat we er zouden moeten zijn. 8 uur is
het antwoord. We vinden het vroeg, maar a la, we zijn er om 8 uur samen met
Rolf en Claude. Toch nog veel te laat want de competitie begint bij zonsopgang,
hier om half 7! Logisch eigenlijk, vogels zingen het best bij zonsopgang. Wel
zijn er nog heel wat vogels en mannen op het plein waar we heel gezellig mee
praten en toch een goede indruk van het gebeuren krijgen. Leuk!
We drinken koffie en gaan ook nog even kijken bij de
Hoogmis in de prachtige houten kathedraal. Deze mis zou zo in Nederland kunnen
zijn. Alleen het koor ontbreekt helemaal. We rijden door de sjieke buurt en
kijken bij het zondagse vliegerveldje. Een jochie van 6 houdt met een ernstig gezicht zijn vlieger hoger in de lucht dan alle anderen. We zijn lekker op tijd terug bij de Pélagie voor
nog een paar spelletjes Step-bridge. Helaas niet met een goed resultaat, zowel Nils als ik degraderen. Wél leuk gespeeld.
Maandag bezoeken we de Vlindertuin en kwekerij; eigenlijk
gewoon een veeteelt bedrijf. Er worden wel 20 soorten vlinders gekweekt. Iedere
vlinder en rups leeft op een eigen specifieke gastheer plant, die dus ook
allemaal gekweekt moeten worden. Ook fokken ze slangen en schildpadden. Alles voor
de export naar Europese en Amerikaanse dierentuinen en dierenwinkels. We zien
prachtige vlinders en het hele proces is boeiend om te zien. Deze Nederlander creëert
hier zomaar 26 arbeidsplaatsen in het midden van het land. Het bedrijf zit heel
slim dicht bij het internationale vliegveld, Zanderij. We halen een lunch en
rijden via een aantal verlaten plantages terug.
Dinsdag willen we naar Jodensavanna, maar de weg is
slecht, niet geasfalteerd. Ons kleine autootje mag eigenlijk niet op rode,
onverharde wegen rijden, dus keren we om. We gaan naar een strand aan de rivier
voor een opfrisser en een lekkere lunch. s ‘Middags laten we ons rondleiden
door een bloementuin. Nooit geweten dat er zoveel soorten heliconia’s waren!
Ook zijn er veel soorten palmbomen. Leuk!
Tussen alle bezoekjes door gaat het gewone leven op de
Pélagie zijn gang. We douchen in het rivierwater en zelfs de was doet Nils
staande in zijn blootje op het zwemtrapje. Schoon water stroomt voorbij, dan spoelt
het allemaal lekker gemakkelijk schoon. Vooral met halve maan en aflopend tij
is het water behoorlijk helder.
Op het Domburgse pleintje is genoeg te beleven.
In het weekend zijn er meer eettentjes open dan alleen Rita, dus hebben we
keus. We koken nog steeds niet; ergens wat halen of eten is zo goedkoop en
gemakkelijk. Fruitstalletjes helpen ons aan wat extra vitaminen, want veel
groente krijgen we meestal niet, zie de foto hiernaast met Rolf en Claude.
Tomaat en komkommer op brood is dan een gemakkelijke én lekkere oplossing.
De laatste 2 dagen dat we ons autootje hebben, willen we
naar Albina in het Oosten van Suriname en even oversteken naar Frans Guyana. We
zijn gewaarschuwd voor de slechte weg, maar dat er zulke slechte stukken bij
zouden zitten, valt nog behoorlijk tegen. Gelukkig is er weinig verkeer zodat
beide weghelften gebruikt kunnen worden om langs alle gaten en kuilen te slalommen!
Het is zo inspannend dat we om de beurt een uurtje rijden. Ook zijn hele
stukken onverhard, zoals de omleidingen naar een oude brug of noodbrug, terwijl
de nieuwe gebouwd gaat worden (hopelijk!). Hoe verder oostelijk we komen, hoe
armoediger de huisjes. De sporen van de burgeroorlog van de 80-er jaren van de
vorige eeuw zijn nog duidelijk te zien, vooral in het dorp Moengo. Triest!
In het begin van de middag komen we in Albina aan en
vinden met moeite een kamer. We denken een boottrip naar het indianen dorp
Galibi geregeld te hebben met een indiaanse gids voor de volgende dag, dus gaan
we snel naar Frans Guyana om voor een medezeiler insuline te kopen. Dat is nog
een hele klus, een deel moet worden besteld en kan pas de volgende ochtend er
zijn. Nou, dat kan nog net. We eten een heerlijk maal van vis met zowel bonen als
koolsla; 2 groentes, dat is lang geleden. Het slapen zonder Airco dit keer gaat
mij, Hanneke, beter af dan Nils. Die heeft wel een erg dun matras! Nou ja, we
betalen dan ook maar ruim 10 euro voor de kamer. We ontbijten met stokbrood met
Franse kaas uit Frans Guyana en denken om 7 uur onze gids te treffen. Die is er
niet, wel slaperig aan de telefoon. Na verder vragen blijken de boten uit het
Indianendorp tegen de middag aan te komen en rond 4 uur weer te vertrekken. We
hebben elkaar de vorige dag dus verkeerd begrepen.
We steken nogmaals de grensrivier over met een korjaal,
niets geen paspoort controle. De insuline is aangekomen, de Franse precisie
werkt. Het is in de ochtend een stuk gezelliger op straat, dan de vorige dag
gedurende de siësta. Alles is Frans, ook de prijzen. ‘sMiddags rijden we weer terug. De auto moet wel gewassen
worden voor die morgen weer ingeleverd kan worden. Geen probleem,
autowasplaatsen genoeg. Hier geen technische installatie, maar gewoon een dakje
en jongenshanden die de waterslang, stofzuiger en poetsdoek hanteren. Voor
minder dan 5 euro wordt onze vervoermiddel in een half uurtje van binnen en
buiten helemaal schoon. En we hebben de plaatselijke economie weer een beetje
geholpen.
Vrijdag leveren we de auto in en slagen erin met veel
moeite een 4-wheel drive te huren om samen met Rolf en Claude naar Brownsberg en
het stuwmeer te gaan op maandag, een nieuw avoontuur tegemoet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten