donderdag 2 mei 2013

Pre-Europese overblijfselen

Voor anker bij het dorpje Vaitahu
Lekker voor de wind langs imposante rotsen zeilen we vrijdag ... april in een paar uurtjes naar het eiland Tahuata. De baai bij het dorpje Vaitahu is ruim, er is plaats genoeg er liggen maar 3 zeilschepen. Het uitzicht is indrukwekkend. Hoge rotsen van de oude krater toornen hoog boven de baai uit. We willen graag aan land, maar eenmaal bij de steiger van het dorpje zijn de golven te ruw en de opstap naar het beton te hoog. Dan maar de volgende dag opnieuw proberen bij hoger water en hopelijk minder wind.
Je ziet hier véél tatoeages
Het wordt een lekkere rustige leesmiddag en de volgende ochtend wijden we ons aan de klussenlijst. Het water is inderdaad rustiger en we nemen het achteranker voor Peltje mee om te voorkomen dat hij tegen de steiger aan knalt. Het valt nog niet mee, maar met hulp van een lokale bewoner lukt het in twee pogingen toch om de steiger op te krabbelen en Peltje redelijk goed vast te leggen; weer wat geleerd.
We wandelen door het dorpje, maar durven niet al te lang weg te blijven, ligt Peltje nog wel goed? Gelukkig wel, maar we gaan toch vrij snel terug naar de Pélagie, helemaal gerust zijn we niet.

Onze volgende bestemming is Oa Pou, ruim 60 mijl zeilen. Om bij daglicht aan te komen, zetten we de wekker op 04:45. De baai is wijd en met de halve maan nog hoog aan de hemel is het hijsen van de zeilen geen probleem. Nils gaat weer naar bed en ik zie de zon opkomen vlak achter het eiland. Een grote groep dolfijnen doen de Pèlagie uitgeleide.
Pèlagie voor anker in Oa Pou
Als we een maal uit de windschaduw van de eilanden zijn, houdt is het heerlijk zeeilen met een pittige halve wind. Volgens plan varen we rond 17:00 de baai van Hakahau binnen. De volgende morgen zijn we onder de indruk van dit kleinere eiland. De rotspieken rijzen steil omhoog en prikken in de wolken. Gelukkig is deze baai goed beschut en kunnen we Peltje op een strandje parkeren zonder het risico van omslaan. We willen hier vers stokbrood kopen en vooral een tocht maken naar een archeologische opgraving. Het brood blijkt om 09:00 ´s maandagsochtend al te zijn uitverkocht, maar een taxi om ons rond te rijden is snel geboekt. De chaufeuze heeft genoeg contacten in het dorp om nog een brood voor ons op de kop te tikken. Dit lekkere verse stokbrood wordt pardoes door midden gevouwen en zo in een tas gestopt. Dit brood wordt door Frankrijk gesubsidièerd, het kost omgerekend maar ongeveer 60 euro cent, terwijl de `normale` levensmiddelen 2 to 3 keer zo duur zijn als in Nederland. Voor zo´n goedkoop brood kun je blijkbaar gewoon mishandelen!
Historische site in Oa Pou
De rit over het eiland is indrukwekkend. Langs hogen rotswanden, heel veel groene begroeing en schitterende uitzichten, rijden we in een uurtje naar het dorpje Hohoi, waar de tohua Mauia ligt. Deze voor-europeese `dansplaats` is in 2007 gerestaureerd voor het Marquesas Dance en Arts festival. Het is een grote L-vormige plek, midden in het huidige oerwoud, die met grote stenen horizontaal is gemaakt. Er is een verhoging voor de koning en koningin en ruimte om te zitten en te slapen, volgens onze gids. Dit is geen plaats waar standbeelden voor priesters, voormannen of koningen stonden, zoals de site op Hiva Oa, het vorige eiland, maar een plaats voor ceremonièn voor de gewone mensen. We zijn onder de indruk van de omvang van deze oude plek. Er hangt een speciale sfeer alsof de oude bevolking zo weer te voorschijn zou kunnen komen.
Daniels Bay
Als we terug zijn op de Pélagie blijken we te moeten verkassen, we liggen eigenlijk te dicht bij een oude dam onder water. Die is nu met laag water akelig goed zichtbaar, afgelopen nacht is het dus maar net goed gegaan! Als we toch anker op moeten, kunnen we ook wel meteen naar het volgende eiland doorvaren, besluiten we. Gelukkig helpt de wind goed mee en zijn we aan het eind van de middag in Danièls Bay, een schitterende baai aan de zuidoost kust van het grootste eiland van de Markiezen, Nuku Hiva. Aan alle kanten rijzen steile rotsen omhoog, we zijn dan ook niet verbaasd dat onze korte golf radio hier niet werkt.
We lopen gewoon door het snelstromende water
Volgens onze oude pilot en de verhalen van andere zeilers kunnen we hier een wandeling maken naar een waterval. De volgende ochtend vragen we rond bij de andere boten in de baai en krijgen we een goede beschrijving. We lopen door het dorpje en genieten van de vele bloemen en fruitbomen die er groeien. Het pad gaat een aantal malen dóór het riviertje;orp blijkt het pad `gebouwd` te zijn van hele oude stenen. Een gids die we tegen komen bevestigt dat dit pad inderdaad stemt uit de tijd van vóór de Europeanen.

Het oude pre/europese pad
In die tijd woonden er zo´n 8000 mensen in deze vruchtbare vallei. Hun belangrijkste dorp lag in het binnenland; aan de kust was men te kwetsbaar voor aanvallers vanuit zee. We lopen op de weg die hun dorp dieper in de vallei verbond met de kust. Er zijn ruines van meerdere huizen te zien langs deze weg+ heel interessant. Nu zijn er alleen wat huizen direct aan de kust, misschien wonen hier nu 10 families in dit dal.

De wandeling is schitterend; deze oude weg is prima aangelegd door het oerwoud met veel kokospalmen en mango bomen.
 
Indrukwekkende kloof
Natuurlijk rapen we de afgevallen mango´s voor een verfrissende snack onderweg. De uitzichten op de hoge rotswanden zijn verbluffend. We zien de waterval al in de verte. Na ruim 2 uur komen we in een moerasachtig dal, met waanzinnig steile, hoge rotswanden. De tropic birds vliegen boven onze hoofden, mooi! Daar zien we het einde van de waterval; het hoge bovenste deel blijft achter de rotsen verborgen.
Terug op de Pélagie genieten we nog een avond en ochtend van dit bijzonder spectaculaire `behangetje`. Dan varen we door naar Taiohae, het grootste dorp op dit eiland. In deze grote baai ligegn wel 50 schepen voor anker. Een groot aantal zeilvrienden komen we hier weer tegen; gezellig.

Geen opmerkingen: