zaterdag 28 maart 2015

Slangen, tempels en olifanten



Aardewerk potten langs de kant van de weg
Rond Galle
Zaterdag 21 maart neemt Ekka ons als eerste mee naar een lokale tempel. Een plek waar een rustige sfeer hangt: vrouwen reciteren Boeddha verzen, bloemen worden klaargemaakt en neergezet, de olielampjes worden aangestoken. Er hangt een grote bel. "Als er onraad is wordt deze klok geluid en komt het hele dorp te hulp" vertelt Ekka.
Een eenvoudige plaatselijke tempel
n de zijdespinnerij gebeurt niet veel, een korte uitleg hoe zijde wordt gemaakt en daarna mogen we de winkel in. Kleding willen we hier niet kopen, dus we zijn gauw klaar.
Overal in Sri Lanka komen half edelstenen voor; we zien een diep gat in de grond waar grote emmers modder uitgehaald worden. Bij het zeven komt witte maansteen tevoorschijn. Die wordt handmatig gepolijst en ziet er dan prachtig uit. Ook hier komen we al snel in de winkel terecht. Nils wil erg graag iets voor mij kopen, het wordt een mooi halssieraad.
We rijden verder langs palmbomen, lokale tempels, bananenbomen en droge rijstvelden waar nu de koeien en buffels grazen. Rijst wordt weer geplant als over een maand het natte seizoen begint.
Zomaar een wilde Cobra bij de staart pakken!
De slangenboerderij is erg interessant. Deze familie maakt al drie generaties medicijnen tegen slangen beten. Die komen hier vrij veel voor, bijvoorbeeld bij de thee-pluksters die met blote voeten door de velden lopen en dan gemakkelijk op een slang kunnen trappen. Ook doen ze onderzoek aan slangen en zetten gevangen exemplaren weer uit in het wild.
Opeens stopt er een auto op het erf; er wordt een grote blauwe vuilnisbak uitgeladen. "Deze cobra hebben we gistermiddag in onze tuin gevangen. Misschien kunnen jullie er wat mee", zegt de chauffeur. Onze slangen-meneer haalt zonder enige aarzeling de deksel van de blauwe bak en haalt de wilde cobra met zijn stok er zomaar uit. Die cobra schrikt van het licht en zet meteen zijn gevaarlijke kop op en begint te sissen. De vuilnisbak is niet schoon dus de slang moet in bad. Dat lukt niet, hij dreigt te ontsnappen, wij doen snel een paar stappen achteruit! Onze slangen-meneer aarzelt niet en pakt de cobra bij zijn staart. Dan moet er maar water over de cobra heen gegoten worden en kan hij een hok in. Ik ben erg onder de indruk van de moed van deze man die zonder aarzeling een hem onbekende, wilde cobra aanpakt!
Nils kan met slangen omgaan!
In deze boerderij zien we een tiental inheemse slangen van Sri Lanka. De niet gevaarlijke soorten mogen we zelf vasthouden. Toch altijd weer een leuke ervaring, al vind ik het een beetje eng en laat het graag aan Nils over.
Ekka en zijn tk-tuk
Na een simpele, lekkere lunch kijken we nog bij een theeplantage met oude machines nog uit de Engelse tijd. In de kruidentuin wordt ons alles vertelt over de meest wonderbare smeerseltjes en oliën. Door de korte massage die we krijgen, laten we ons verleiden door (veel te dure) massage-olie te kopen. Moe en voldaan zijn de tegen vijf uur weer thuis.

Naar Kandi
Uitzicht op Kandi; rechts de tempel van de tand
De nieuwe maan is voorbij, dus het grootste verschil tussen eb en vloed ook en de komende dagen is er weinig wind voorspeld; een goed moment om een paar daagjes naar het binnenland te gaan. Maandag gaat om 6:00 uur de wekker om 7:30 uur zitten we in de trein, nou nee we staan, want de trein is hartstikke vol. Nils voelt zich niet goed, het stof in de lucht van de cementboot is op zijn longen geslagen. Een heel aardige meneer biedt Nils zijn zitplaats aan. Ik zit op onze koffer op de grond in het gangpad. Lekker voor de deur die de hele treinreis open blijft staan. Zo zie ik nog wat en er waait een heerlijk fris windje in mijn gezicht. Het wordt steeds voller in de trein, mijn uitzicht wordt al snel minder door de vele mensen die ook bij de deur willen staan. Na 2 1/2 uur stappen we uit in Colombo. Gelukkig hebben we gereserveerde zitplaatsen voor de vier uur durende treinreis naar Kandi. Onderweg zijn de uitzichten prachtig!
Met de tuk-tuk staan we al gauw voor het door ons gereserveerde simpele hotel.
De dansers en trommelaars
 
's Middags lopen we onder de hoge bomen langs het meer in Kandi. Acht jaar geleden waren we ook in Sri Lanka, ook toen liepen we hier, leuk. Om vijf uur gaan we naar een dansshow, vooral de trommels zijn indrukwekkend. De kostuums zijn ook mooi, dus we genieten. Het einde is spectaculair: twee dansers lopen over gloeiende kolen!
Het meer van Kandi
Als we weer buiten komen gaat net de zon onder boven het meer. Witte reigers vliegen naar hun slaapboom,  grote vleermuizen worden juist actief en gaan gaan op zoek naar voedsel, de monniken van de tempel reciteren Boeddha-verzen, een heel bijzondere sfeer.
De volgende dag verkennen we de omgeving van Kandi met de tuk-tuk van Nish. In het olifanten-weeshuis worden jonge verweesde olifanten opgevangen net als grotere dieren die overlast veroorzaken. Als ze volwassen zijn worden ze ingezet in de bosbouw als werk-olifanten. Het is een spectaculair gezicht als alle 50 olifanten door de nauwe straatjes naar de rivier worden geleid waar ze met heel veel plezier badderen en wroeten. 



Ook hier gaan we langs een theefabriek met ouderwetse machines. Al het werk binnen wordt door vrouwen gedaan; mannen geven een rondleiding.
Langs de weg staan een aantal oude machines die gebruikt zijn om de weg van Colombo naar Kandi aan te leggen. Interessant om te zien, alles ging op stoom, letterlijk een stoomwals dus! 
Een 30 meter hoog Boeddha beeld
Nish neemt ons mee naar een bijzondere Boeddha tempel. In een groot park staat boven op de heuvel een 30 meter hoog "lopend" Boeddha beeld. 128 levensgrote monniken lopen in een lange rij naar hem toe. De tempel is nog maar net gebouwd, alles ziet er nog prachtige nieuw uit. De tempel is vooral interessant omdat Nish er in zijn gebrekkig Engels gepassioneerd over verteld; hij is immers boeddhist.
Na nog een tempel en prachtige uitzichten gaan we ook de tweede middag naar een dansshow. Deze is beter, meer muziekinstrumenten, mooiere dansen en we zitten verder vooraan, zodat de foto's iets minder slecht zijn.
De laatste ochtend brengen we door in de beroemde "Tempel van de Tand" hier in Kandi. Buitenlanders, zoals wij, betalen acht euro entree, Sri-Lankanen lopen gewoon door. Het is erg druk in de tempel, hele rijen mensen komen bloemen brengen als offergaven; wij doen ook mee. Als er geen ruimte op de tafel voor het "Heiligdom" meer is, gaan de bloemen in een grote prullenmand zodat er weer ruimte komt voor nieuwe bloemen.
Offereande
Dezelfde trommelaars als de avond ervoor komen nu trommelen in de tempel. Er worden offers het Heiligdom binnengedragen, gevolgd door drie rondjes om het heiligdom heen, waarbij op ieder van de hoeken wordt gestopt en extra wordt getrommeld, indrukwekkend. 
In de tempel voor en rond het Heiligdom
Daarna kunnen mensen een roodachtige vloeistof krijgen in een flesje dat ze hebben meegebracht, heilige modder? We durven het niet te vragen, maar kijken eerbiedig toe. Nils krijgt ook wat aangeboden en doet dat op zijn voorhoofd.
Museuam-zaal
In de museumzaal blinkt alles van het goud en is de verf spierwit; de tempel is net uitgebreid gerestaureerd. Het verhaal van Boeddha zelf en hoe zijn tand hier in Kandi is terechtgekomen wordt met grote muurschilderingen verteld.
De trein van Kandi naar Colombo
De trein naar Colombo is comfortabel, maar de trein naar Galle is nog véél voller dan op de heenweg; wat een boel mensen opgepropt in de trein. Gelukkig stappen uiteindelijk meer mensen uit dan in en kunnen we het laatste uurtje zelfs zitten. Het is heerlijk om de Pélagie weer te zien dobberen aan die wiebelige steiger; alles is goed gegaan.

Geen opmerkingen: