De Pélagie vaart de baai van Savusavu in |
De overtocht is prima verlopen, er was een beetje weinig wind, daardoor was de oceaan heerlijk vlak; het leven aan boord was comfortabel, het slapen heerlijk. De motoren hebben een deel van de tijd bijgestaan. We dachten dat onze bakboord motor in Samoa was gerepareerd, maar niet hoor; het toerental viel nog steeds iedere keer terug. Je houdt je hart vast en doet iedere keer schietgebedjes dat ie toch maar niet afslaat.
Vanochtend heeft er wéér een monteur naar gekeken. Het blijkt dat de onderste helft van het voorste brandstoffilter een klein scheurtje heeft opgelopen. Dat hadden we zelf al eerder gezien, maar ons niet gerealiseerd dat dat zo’n probleem was. Het scheurtje is, denken we nu, langzaam groter geworden, met als gevolg lucht in de motor en dus weinig toeren. Gelukkig hebben we een reserve; die zit er nu in.
Binnenland van Vanua Levu |
Scholieren stappen in de bus; ook jongens dragen wikkelrokken als schooluniform |
Nog meer scheuren, ook in het grootzeil. Dat
scheurtje leek op afstand best klein, maar bij inspectie schrikken we, het is
wel 5 cm groot. Dat is waarschijnlijk gebeurd toen het grootzeil verward is
geraakt in de verstaging. Er is hier geen zeilmaker, op advies van medezeilers
plakken we beide kanten van het zeil met duck-tape! Nu maar kijken hoe lang het
houdt. We hebben reservezeildoek, dus we zouden het zelf kunnen naaien. Ook
hebben we een reserve grootzeil, dus we komen hoe dan ook in Australië, waar de
zeilmaker er naar kan kijken.
Ook onze trampoline heeft zijn beste tijd gehad, de
touwtjes met name in de voorste hoek aan stuurboord, beginnen te knappen. In
Australië moet er een nieuwe komen. En dan hebben we natuurlijk nog het kleine
scheurtje in de verstaging, nu verborgen door een verbandje van supersterk
touw, dyneema. Tsja..... de Pélagie slijt wel hier op de Pacific.
Google
Maps
Google Maps op OpenCPN-kaart met de vaarroute van de Drifter |
OpenCPN kaart van het Noorden van Vanua Levu |
Met
de bus naar Labasa
Bij het busstation van Labasa |
Op de markt in Labasa; op de voorgrond Taro wortels |
Het is erg leuk om te zien wie allemaal in de bus
stappen. Het begint met schoolkinderen in uniform. Bij één school zijn de
uniformen van de jongens en de meisjes gelijk: beiden dragen een witte bloes en
een donkere wikkelrok. Een boer met
kaplaarzen en een grote machete, kapmes, rijdt ook mee. De tarowortels gaan
onderin de bus, naast de koffers. Onderweg pikt hij nog een paar bundels taro
op. Moeders met kleine kinderen gaan blijkbaar op familie bezoek: de kinderen
zien er prachtig uit. Hoog in de bergen zijn er geen huizen meer en stapt
niemand in of uit; het landschap is indrukwekkend en ongerept. Als we weer
afdalen, zijn er overal kleine stukjes suikerriet. Het is oogsttijd, de
vrachtwagens met rietstengels op weg naar de fabriek houden de bus op.
Langzamerhand stappen steeds meer Fiji-Indiers in, ook zien we een moskee langs
de kant van de weg. Rode vlaggen geven een hindi heiligdom aan. Labasa is een
echte stad, het is gezellig druk op de grote overdekte markt en in de
winkelstraten. Op straat en in de winkels zijn prachtige sari’s te bewonderen,
gedragen door elegante Indische-Fiji dames en meisjes. We zijn even in een andere wereld. Na een lekkere
lunch rijden we weer 3 uur terug, vol met indrukken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten