donderdag 4 november 2010

Lekkere pittig zeilen naar La Palma

De boekjes zeggen dat de eilanden verder naar het westen steeds mooier en groener worden, La Palma is misschien wel het mooiste Canarische eiland. Daar willen we dus ook graag naartoe, al is het 60 mijl om varen.
Het plan is om zondagmorgen vroeg weg te gaan, maar we vergeten te betalen. Nou ja, we zijn op vakantie en maandag kan ook. Het blijkt maandag zo hard te waaien dat we na ruim een kwartier omkeren en de haven van La Gomera weer invaren, 35 knopen wind tegen vinden we een beetje te veel van het goede voor een pleziertocht. De laatste dagen in deze haven zijn erg gezellig, we ontmoeten nog een aantal boten waarvan we al veel hadden gehoord, zoals de “Minor” met Pauli en Tjebbe en de “Bella Ciao” met Frits en Reinhilde. Leuk bijkletsen dus. Van Frits die zijn eigen catamaran heeft gebouwd, krijgen we nog een goede tip voor een betere ophanging van onze bijboot.

Woensdag 3 november zijn we er helemaal klaar voor, en laten ons niet afschrikken door de grillige wind. Eerst hebben we 20 knopen wind uit de verkeerde hoek, zodat we richting Tenerife moeten varen. Daarna valt de wind vrijwel weg en moet de motor bij. Gelukkig komt de wind terug en het wordt een heerlijke, pittige zeildag. We hebben ruim 25 knopen halve wind zodat we een rif zetten, dat is het zeil kleiner maken. De hoge golven komen van de zijkant, immers de dagen ervoor was er veel wind. In het begin vind ik het wel een beetje eng; je ziet een “muur” van water op je afkomen. De Pélagie trekt zich nergens wat van aan en deint prachtig met de golven mee. De golven spatten uiteen op het voordek en de ramen aan de voorkant. Ik zit buiten in de kuip achter en er komen maar af en toe een paar druppeltjes water mijn richting op. Alles went, en even later zitten we zelfs een boekje te lezen! We vliegen met 6-7 knopen richting La Palma. Eind van de middag liggen we in de mooie, nieuwe haven van Santa Cruz. Het was de hele dag bewolkt en met deze wind ook koud. Geen fotoweer, dus geen foto's bij dit verhaal.

Het deint hier wel enorm, de landvasten knerpen over de boot, we maken het lawaai ‘s avonds wat minder met doekjes om de lijnen. De volgende morgen leggen we de landvasten aan de kant waar we niet slapen. We hebben internet op de boot, wat een luxe. We bellen met de dochters en spelen bridge on line, natuurlijk lekker buiten.

We verkennen het stadje. Het is er erg gezellig in de straten met mooie gebouwen en, typisch Spaans, veel pleinen. De koffie is lekker en goedkoop, 80 cent op een terrasje. Bij een oud herenhuis, Palacio Salazar, mogen we zo naar binnen, nu is het tentoonstellingsruimte. . Vooral het mooie houtsnijwerk op trappen en plafonds is opvallend, ook in het oude stadhuis em de kerken. Wel is het stadje klein, er zijn maar 3 leuke straten en 4 pleintjes.

Er zijn veel mensen op straat en ’s middags ook veel kinderen. De jochies spelen op het plein voor de kerk, voordat ze naar binnen worden geroepen voor catechismus-les.

Een vader voetbalt met 4 jochies van verschillende leeftijden. Het jongste ventje van 5 maanden wordt door pa de hele tijd met een hand gedragen, ook als hij de bal weg trapt. De kinderwagen staat achteloos in de hoek.

Voor morgen hebben we een auto gehuurd, we gaan 2 dagen het eiland verkennen.

1 opmerking:

Bibi zei

Leuk zeg! Wij zijn ook helemaal weg van La Palma maar op deze manier afreizen is ook nieuw voor ons.