dinsdag 30 september 2014

Rampdag!!



Na alle leuke activiteiten van de afgelopen weken, moet er nodig weer gewerkt worden aan de Pélagie. Er zijn een groot aantal kleine klusjes en de Pélagie moet vooral van buiten worden schoongemaakt. Hier wordt veel op hout gestookt en de as en roet valt iedere ochtend op ons witte schip. Wat een troep! Ik besteed een ochtend om met puts-emmers zoutwater het ergste vuil weg te halen. Nils kijkt ondertussen naar het motortje van Peltje. Het loopt slecht en we weten eigenlijk niet waarom. Eerst maar eens de bougies schoonmaken. Dat lijkt te helpen; wij blij.
De olie en brandstoffilters van de motoren van de Pélagie moeten worden vervangen. Ik leg alles klaar, laat de motoren lopen en al snel is de olie afgetapt. Het opruimen van ons kleine pompje gaat niet helemaal goed, olie spuit over de pas geboende vloer van de Pélagie; meteen maar schoonmaken… Het indraaien van het nieuwe filter zou een fluitje van een cent moeten zijn, maar het filter dat we kochten in Darwin, lijkt niet te passen. Nils klimt de motorruimte in om het ook te proberen. Helaas trapt hij op de bak met het oude filter: olie in de motorruimte. Ook dat ruimen we weer op……
Nils krijgt het filter ook niet gemonteerd en eindelijk gaan we maar eens meten; nee, de schroefdraad is niet gelijk. Ik wil even naar de buren met ook een Volvo motor, om te kijken of we daar een filter mogen lenen. Het motortje van Peltje start niet! Er loopt benzine uit! Nils haalt de kap van het motortje en legt die bovenop het oude filter: olie in Peltje: wéér opruimen…
Ondanks de "rampen" smaakt een Bintang biertje prima in deze warmte
Nu gaan we eerst maar eens lunchen en even bijkomen. Onder het eten bedenk ik me dat we in Darwin nog een goed oliefilter hadden, wat mee is gegaan naar de winkel als voorbeeld. We zoeken de hele Pélagie af: geen oliefilter te vinden. Is het toch ergens blijven liggen, in de winkel of in de auto? Dom, dom, dom!
Het motortje van Peltje blijft lekken, dus halen we het naar boven op de Pélagie om er eens goed naar te kijken. Nils demonteert het inwendige benzinetankje: de schakelaar blijkt te lekken. Na veel proberen en opnieuw monteren lekt er geen benzine meer met het gebruik van de uitwendige tank. Dat doen we altijd, dus hebben we nu geen probleem meer. Hebben we nu iets opgelost? Of toch niet? De rampdag is nog niet voorbij, want bij het monteren van het benzinetankje valt een deel van de nieuwe schroevendraaier-set  in het water!
Eenmaal bij de buren hebben die geen filter voor ons. Met een onvoldaan gevoel gaan we toch maar gezellig borrelen en eten met onze nieuwe vrienden, Garry en Bea, die we hier in een restaurantje hebben ontmoet.
Kist vam de overledene
De volgende ochtend ziet de wereld er weer anders uit. We zoeken internet af en vinden met moeite een bedrijf dat zegt de filters misschien wel te kunnen leveren. Ze bellen terug het is OK; onze routeplanner kent het adres, het is "maar" drie uur rijden naar de andere kant van Bali. De volgende ochtend zitten we al om zes uur in de auto met chauffeur. Het adres blijkt een klein werkplaatsje te zijn, wat nog niet eens open is! Na een kopje koffie zijn de jongens er wel en er zijn filters. Helaas, pindakaas, het zijn de verkeerde filters! Heen en weer bellen heeft geen succes, dus rijden we gewoon weer drie uur terug. Het is wel leuk door weer een stuk van Bali te rijden, vooral naar de drukker hoofdstad Denpasar in het zuiden. Daar zijn de grote luxe hotels en nog grotere, mooiere en kleurige tempels. Onderweg zien we een aantal begrafenissen, de kist ziet er prachtig uit met een foto van de overledene; wel van papier, want straks wordt alles verbrand. Ook doen we een aantal nuttige boodschappen, vooral fruit, groenten en brood voor de komende zeiltocht.
De dorps-tempel aan het strand bij Lovina
Terug op de Pélagie gaat het oude oliefilter er in met nieuwe olie. De motor loopt gladjes, dus voorlopig moet het maar zo. Morgen vertrekken we voor een vierdaagse zeiltocht naar het noorden, naar Borneo waar we de orang-oetangs willen gaan bekijken, ook weer leuk!
Nee, er zijn weinig foto's bij dit verhaal, als je problemen moet oplossen, staat je hoofd niet naar fotograferen!

maandag 29 september 2014

Festival in Lovina, Bali


Voor anker bij Lovina Beach

 In Lovina is een driedaags festival georganiseerd rond de aankomst van de zeilboten van Sail Inonesia. Grote plakkaten hangen op het centrale pleintje bij het strand waar het afwisselende programma te lezen valt, óók in het Engels, we zijn tenslotte op Bali. De dag voor het festival wordt een prachtig podium opgebouwd op het strand net als overdekte zitplaatsen tegen de zon:kunstig gesneden bamboe, bloemen en planten in potten, mooie beelden bij de poten van het baldakijn. De openingsceremonie zou om vier uur ‘s middags moeten beginnen, maar de hoogwaardigheidsbekleders komen pas tegen vijven.
Ondertussen kunnen we de gamelanmuziek beluisteren en de dansers in hun prachtige kledij bewonderen, ook leuk! 
Openingsdans
Na een kleurige openingsdans en de onvermijdelijke toespraken, niet in het Engels, begint de optocht van de verschillende dorpen hier in de buurt. 
De drumband opent de show, gevolgd door dansers, jongens op stelten, bruidsparen in traditionele kledij en een aantal "monsters". 
Eén van de monsters
Eén dansgroep staat uit volwassenen en twee prachtig geklede jonge meisjes die een ceremonie ondergaan en al dansend (zogenaamd?) in trance raken. Ze worden voorzichtig weer bijgebracht en het veld afgedragen. Een andere dansgroep gaat met een vuurkorf op het zand zitten. Er worden liederen gezongen, ineens staan de middelste vier mannen op en trappen het vuur uit, zwenken heen en weer, moeten door de bewakers tegen gehouden worden en vallen uiteindelijk op de grond, want ook zij zijn (of lijken) in trance; indrukwekkend. Helaas is de zon ondertussen ondergegaan, dus de foto's zijn zeer matig vanwege het verdwijnende licht.
De tweede dag staat in het teken van vliegeren. Op het strand vlak voor de Pélagie gaan vechtvliegers de lucht in en strijden om de titel. Wij doen klusjes op de boot en genieten ondertussen mee.
Span nummer 8, onze favoriet en de uiteindelijke winnaar
De laatste middag wordt een "stierenparade" gehouden, de Parade Sapi Gerumbungan. Als we het voetbalveld oplopen, we zijn een beetje laat, staan de stieren al klaar, helemaal mooi versierd: vlaggen en vaandels aan het halster, belletjes om de poten, sommigen zelfs een grote klok om hun hals. De stieren "paraderen" in draf over het voetbalveld langs de tribune waar wij natuurlijk weer op de voorste rij mogen zitten. Het gaat niet om de snelheid, maar om de "elegantie", wat je daar ook bij moet voorstellen bij stieren! De kop omhoog, geholpen door een touw door hun neusgaten, in prachtige draf, vandaar de belletjes en klokken, en met de staart sierlijk omhoog!
Blijkbaar moeten ze het zelf doen, want de bestuurders laten trots zien dat ze hun handen niet of nauwelijks nodig hebben. De beesten woorden goed verzorgd, ze zijn prachtig schoon en getrimd, tussen de races door worden ze geaaid en met water of een lekker luchtje ingewreven.
Het Gamalan orkest
Wij zeilers maken een wedje. Nils en ik wedden zonder enige kennis op nummer 8. Toch leuk, want nu kijken we speciaal hoe deze het doet; wij vinden dat dit span best een beetje elegant is. Blijkbaar vindt de jury dat ook want nummer 8 wint uiteindelijk. We geven onze verdiensten aan de winnaar.
Tussen de bedrijven door is er gamelanmuziek met danseressen. Een aantal zeilers wordt uitgenodigd om mee te dansen, ook Nils valt in de prijzen. 
Ook Nils danst mee
We lopen terug naar het strand, want daar begint de sluitingsceremonie. Weer toespraken en prachtige dansen, al beginnen die laatste nu bekend te worden en misschien zelfs een beetje voorspelbaar (en wat saai?), al zijn de kostuums nog zo prachtig.

Dit festival is niet alleen voor de toeristen, maar vooral ook voor de lokale bevolking. Hoewel wij, Sail Indonesia zeilers, op de eerste rij mogen zitten en verwend worden met papierenbakjes met versnaperingen, staan de lokale mensen rijen dik om ons heen, voor, achter en naast de diverse podia. Op het strand is het 's avonds erg gezellig; de eettentjes staan naast elkaar, de verkopers van speelgoed, ballonnen en flikkerende kleurige lampjes doen goede zaken. Iedereen lijkt te genieten.

vrijdag 26 september 2014

Door Bali: Tempels en hanengevechten




Vulkanen en het hoge meer in het centrum van Bali
De eerste dag van de overtocht van Labuan Bajo in Flores naar Bali hebben we stroom tegen; bijna een knoop! We willen graag de 280 mijl doen in 2 nachten dus moeten we net iets boven de vijf knopen per uur varen. Dat is lastig met weinig wind. Later in de middag zetten we de halvewinder en gaan toch zes knopen door het water, prima. De wind neemt toe; als Nils naar bed gaat gaan we verder op de gewone zeilen. Ik moet Nils zelfs wakker maken om te reven! Natuurlijk valt de wind weer weg als we net hebben gereefd! Later krijgen we gelukkig de stroom een beetje mee. Tussen de eilanden Lombok en Bali waait het hard, ik wil Nils niet weer wakker maken en rol dus de fok in, toch gaan we 8 knopen. Eenmaal in de luwte van Bali wordt de wind, zoals verwacht, minder. 
Overdekte markt in Ubud
In de ochtend van 21 oktober gooien we het anker uit voor het strand van Lovina bij het dorpje Kalibukbuk, waar al zo'n 20 zeilboten liggen. Het is leuk om iedereen weer te zien. We zijn in een andere wereld: de lokale bootjes zijn netjes geverfd, het strand is schoon, de winkeltjes prima verzorgd, alles ziet er goed onderhouden uit.
Met een sarong aan, klaar voor het bezoek aan de Boedha tempel
Hier moeten onze Indonesische visa worden vernieuwd. Sam, de Sail Indonesië begeleider is druk met het invullen van alle formulieren. Helaas is de douane nog niet zover, het duurt nog even. We willen graag meer van Bali zien dan alleen de kust en hebben een tochtje geregeld voor twee dagen het binnenland in, samen met de bemanning van de Trim, Ken en Laurie en Janet van Revel. De visa foto's kunnen ook daarna wel, bevestigt Sam.
Als eerste bezoeken we een boeddhistische tempel. Het is nog vroeg, pas 8:00 uur, het is er heerlijk rustig, de fonteinen klateren, de bamboes ruisen en de gebed- en meditatie-ruimtes zien er prachtig schoon uit met hier en daar offerandes. 
In Bali worden veel kleine offerandes overal neergezet om de goede geesten in de bergen en de slechte demonen van de zee in evenwicht te houden. Als het kan zo'n drie keer per dag, maar één keer per dag mag ook. 
Offerendes worden gemaakt en verkocht op de markt
We zien ze overal, hier dus in de tempel maar ook in Kalibukbuk: gewoon op een straathoek of in een restaurant. Zo'n offer bestaat uit een bamboe schaaltje, soms kunstig versierd, met bloemen en wat rijst. Op Bali worden dan ook veel bloemen gekweekt en op de markt verhandeld. De offerandes worden ook door de marktvrouwen gemaakt, je kunt ze kant en klaar kopen.
Oferande's langs de kant van de weg en in een tempel
We nemen een kijkje in de "Banjar Hotspring"  warme, vulkanische baden in een prachtig park. Overal waar we langs komen zien we tempels langs de weg. Ieder dorp heeft er minstens drie: één in het midden, voor het hele dorp en twee aan de uiteinden van het dorp. Een van deze laatste is speciaal bedoeld voor de voorouders. Daar is dan ook de begraafplaats. Ook heeft ieder huis een kleine of een wat grotere tempel. Je ziet ze dus echt overal!
Tempel bij het meer
Het centrum van Bali heeft meerdere grote, hoog-gelegen meren die de spil zijn van het gezamenlijke irrigatie systeem waardoor Bali ook in de droge tijd zoals nu rijst kan blijven verbouwen. Bij een van deze meren staat een groot tempelcomplex dat we bezoeken. Hier worden de goden of geesten van het meer vereerd, zodat ze zorgen voor genoeg water. Deze goden zijn afgebeeld als twee grote draken. Het tempelcomplex is groot en indrukwekkend; er lopen heel wat mensen.
Terrassen met rijstvelden
Op weg naar Ubud, het culturele centrum van Bali, stoppen we bij een sieradenmakerij, een batik en houtbewerking demonstratie; eigenlijk zijn het meer winkels, we rijden vrij snel door. Het hotel in Ubud, is prima, maar duurder dan van tevoren gezegd. Toch de volgende keer maar zelf iets boeken via de Lonely Planet. Ik wil per se naar een dansvoorstelling, onze chauffeur brengt ons ernaar toe. De uitvoering wordt gegeven bij de entree van een tempel in het centrum van Ubud, sfeervol. Je moet zelf een plaatsje zoeken, dus wil ik er op tijd zijn, het avondeten moet maar wachten.
Dansvoorstelling bij een van de tempels in Ubud
De voorstelling is fantastisch, de gamelan muziek indrukwekkend, vooral de kostuums en de dansen zijn grandioos. Wat een kleuren, schitteringen en imposante hoofdtooien, wat een beheersing van het lichaam van de danseressen, van de stand van de voeten tot en met alle 10 de vingers, ook nek en hoofd doen mee. De balletjes in de hoofdtooien gaan prachtig op en neer op de maat van de muziek. Het is een grappig verhaal wat redelijk is te volgen en de "monsters" die de schone prinses willen schaken, zorgen voor een leuke afwisseling.
Tempel in Ubud
We blijven nog een ochtend in Ubud, lopen langs de markt, het paleis en natuurlijk nog een tempel. Het museum is prachtig gelegen in een schitterende tuin, maar de uitstalling is weinig gevarieerd. De rijstvelden blijken heel dichtbij, we maken een ommetje en Nils herkent vergezichten zoals uit zijn jeugd; leuk!
We rijden via een andere route terug, weer langs rijstvelden, de centrale vulkaan en komen zowaar de voorbereidingen voor een hanengevecht tegen.
De hanen staan klaar om te vechten!
Natuurlijk willen we even kijken; nou ja Nils niet echt, hij kent het nog uit zijn jeugd. Eerst worden de hanen door iedereen bekeken, er staan wel meer dan 20 manden. De hanen die gaan vechten krijgen een lang mes van wel 5 cm om een van hun poten gebonden. Dan begint het wedden, het lijkt wel of alle 100 mannen die eromheen staan, een gokje wagen. De eigenaren hurken in het midden en maken hun hanen goed kwaad door aan hun kammen en veren te trekken, terwijl hun koppen vlak bij elkaar zijn. Dan worden ze losgelaten en beginnen te vechten. Het grote mes aan hun poten zorgt dat er snel verwondingen komen. De verliezende haan kan niet weg en wordt dus gedood. Het gevecht is in 2 minuten afgelopen. Wij rijden verder, de mannen maken zich op voor het volgende gevecht.
De moeder, vader en broer van Ketut, onze chauffeur, op hun erf
Ketut, onze chauffeur, gaat van de grote weg af en rijdt naar het boerderijtje dat zijn ouderlijk huis is. Daar wonen zijn ouders, zijn getrouwde broer met zijn kinderen. In totaal hebben ze twee kleine rijstveldjes, wat fruitbomen, een varken in een stal en een houtschuurtje. De familie kan net voldoende eten van de rijst die ze verbouwen. Ze werken ook bij anderen als dagloner. Er is wel elektriciteit en er staat een tv-antenne. 
Ons reisgezelschap op het erf van de ouders van Ketut
Het is maar goed dat Ketut een baan heeft, het boerderijtje is duidelijk te klein om met twee broers te delen. Voor ons wordt meteen koffie gezet en Ketut klimt de palmboom in, alleen met blote voeten en zijn handen, zonder touw of veiligheidsgordel! Vijf jonge kokosnoten worden naar beneden gehaald zodat we verse kokosmelk drinken en de jonge kokos eten. Gelukkig heb ik nog wat versnaperingen in de rugzak die ik aan deze vriendelijke en gastvrije mensen kan aanbieden!
De moeder van Ketut draagt het hout over de rijstvelden
We komen net voor donker weer op het strand aan; we hoeven even niets meer zo vol zijn van alle indrukken.